Onlangs is de ontwerpversie van de wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet gepubliceerd voor inspraak. In dit artikel wordt alleen ingegaan op de overgangsbepalingen met betrekking tot grondanalyses van voor 2021 in relatie tot de fosfaatgebruiksnormen die gelden vanaf 2021.
Vanaf 1 januari 2021 wordt de fosfaatklasse bepaald met twee indicatoren, P-CaCl2 (ook wel P-Pae genoemd) en P-Al.
P-Al (eenheid mg P2O5/100 g) is een capaciteitsindicator die een beeld geeft van de totale hoeveelheid fosfaat in de bodem. P-CaCl2 (eenheid mg P/kg) is een intensiteitsindicator die de beschikbare hoeveel fosfaat in de bodem weergeeft.
Met behulp van beide indicatoren wordt de fosfaatklasse en hiermee de fosfaatgebruiksnorm bepaald van zowel bouw- als grasland.
Het huidige Pw-getal voor bouwland komt te vervallen.
Zeker op de oudere analyses is de indicator P-CalCl2 niet vermeld. Met deze monsters zou dus vanaf 2021 niet de juiste fosfaatklasse bepaald kunnen worden en geldt automatisch de meest ongunstige fosfaatklasse “hoog”.
Heel eenvoudig. De landbouwer mag met een geldig analyserapport van monsters met een monsternamedatum van voor 1 januari 2021 kiezen tussen deze oude monsters en de nieuwe monsters waarop de nieuwe indicatoren vermeld zijn.
Oftewel, dus de huidige situatie met P-Al voor grasland en Pw voor bouwland met de huidige fosfaatklassen of de grondmonsters met de nieuwe indicatoren en fosfaatklassen.
De keuze is dan uiteraard de situatie waarbij de fosfaatgebruiksnorm het hoogste is.
Klopt, voor veel bedrijven is dierlijke stikstof de beperkende factor voor de plaatsingsruimte van mest. Echter, de fosfaatgebruiksnorm is van belang voor de volgende regelingen:
Zeker bij bedrijven waar de grondgebondenheid een probleem is, is de plaatsingsruimte van fosfaat van groot belang.
Hier kan geen advies over gegeven worden. Ieder situatie is namelijk anders en het is ook een afweging van kosten versus de mogelijke baten. Daarbij komt dat de nieuwe methodiek niet altijd een verslechtering is ten opzichte van de huidige situatie. Dit is namelijk afhankelijk van de hoeveelheid beschikbare fosfaat in de bodem.
Voor derogatiebedrijven is het wel verstandig indien er voor 31 januari 2021 toch nieuwe monsters gestoken moeten worden, dit niet in januari te doen, maar nu al, in ieder geval voor 1 januari. Dan kan immers gekeken worden welke situatie het gunstigste is.
In het geval dat er geen grondmonsters aanwezig verandert er in principe niets. Vanaf 2021 blijft de fosfaatklasse dan “hoog” met dezelfde gebruiksnorm als nu.
Nee, de regeling ligt ter inzage en kan dus nog wijzigen. Maar ons inziens doet deze regeling wel recht aan de situaties die kunnen ontstaan met betrekking tot oude grondmonsters.
Voor vragen kunt u altijd contact met ons opnemen.
Tom Vloet: 06 31 94 59 71
Martijn Verhagen: 06 34 64 62 56
René van Lieshout: 06 22 41 93 55